| Notities persoon | Op 13 october 1662 compareerde voor notaris Pieter van Roon uit de Haag Johannes van Solt die te kennen gaf dat volgens contract van 9 augustus van hetzelfde jaar, Abraham Pietersz van der Tesse vorderingen van Johannes van Solt zou innen bij de "Heeren Weestmeesteren van Amsterdam" volgens besterffenisse van zijn moeder zaliger. Hiertoe had Comparant alle bescheiden, papieren en procuratieen aan van der Tasse geleverd. Van der Tesse zou hiervoor een honderd gulden krijgen. Intussen was de erfenis ontvangen. Omdat van de Tesse nogal wat moeite had gedaan zou hij alsnog in plaats van honderd, vijftig gulden krijgen plus 35 gulden voor de gemaakte
Amsterdam. Het schip ’t Wapen van Leyden werd in 1647 te Rotterdam gebouwd en was 118 voet lang en had een grootte van 150 last. Het had 36 kanonnen en 140 man aan boord. In 1665 lag het schip onder het derde Charter van de Admiraliteit van Amsterdam in een eskader van vijf schepen voor de kust op zee op wacht. In 1668 werd het schip afgedankt.
In het tijdschrift "Sibbe" van 1943, wordt een lijst van de bemanning van het Admiraalschip van Luitenant Admiraal Cornelis Tromp, de zoon van Admiraal Maarten Harpertsz Tromp gegeven.Dit schip was betrokken bij de twee slagen bij Schoneveld [bij de Zeeuwse zandbanken] gedurende de derde Engelse oorlog van 26 maart 1672 tot 19 februari 1674. Het Admiraalsschip heette "De Goude Leeuw" en had als schipper Tomas Tobias en als Capiteyn-Luitenant ter Zee Jan van Hardenbroek en J[oh]an[nes] van Solt, [onder]kapiteins op dit schip. Verder waren nog 400 "coppen" en 100 "marinjeers off soldaten" aan boord. Het schip had 50 kanonnen en was uitgerust door de Verenigde Oost-Indische Compagnie, kamer Amsterdam. Tijdens de eerste slag bij Schoneveld op 7 juni 1673 bestond de Hollands-Zeeuwse vloot uit 80 schepen. "De Gouden Leeuw" dreef het Admiraalschip van de Engelsen de "Prins Robert" na hevige gevechten op de vlucht. Tijdens de tweede slag bij Schoneveld op 14 juni 1673 werd de aanval ingezet met 51 schepen van Oorlog, te weten 13 fregatten, 14 "advysjachten", 24 branders en 1800 man. De achtervolging van de Engelse vloot voor de kust van Engeland werd om 10 uur ’s-avonds gestaakt wegens de donkerte. Jan van Solt werd aan boord van het schip van Luytenant Admiraal Cornelis Tromp zwaar gewond en op 15 juni naar Rotterdam afgevoerd, waar hij op 16 juni aan zijn verwondingen overleed. Hij werd begraven in Amsterdam. | | Notities overlijden | Het gezin woont in Wassenaar bij het overlijden van Hans in 1673. Op 17 september 1661 maken Johannes van Solt en Joanna de Renialme, wonende te ’s-Gravenhage, hun testament ten overstaan van Notaris J.van der Ven te Amsterdam [Notarieel Archief Amsterdam, inventarisnummer 1138 folio 288]. Hans van Solt is gereed in dienst van de Admiraliteit als Appoincte [= bezoldigd toegevoegde/soort adelborst] op ’s-lands schip onder kapitein Adelaer te dienen en in zee te gaan. Er wordt bepaald dat de langst levende erfgenaam zal zijn. De weduwe van Johannes van Solt ontvangt jaarlijks een soort weduwepensioen van de stad Amsterdam. Hoewel Jan Poorter van Amsterdam was geworden, woonde het gezin in 1673 in Wassenaar. |
|
